Denken, communicatie en taal zijn sociaal, cultureel, politiek, economisch, ... Ze kunnen niet van onze sociale wereld uitgesloten worden en dienen als dusdanig bestudeerd te worden.
Vaak vinden we wel auteurs die lippendienst betonen aan het discursieve luik van onze maatschappelijke realiteit, om dan vervolgens de blik te richten op de meer 'echte' (lees materiële) aspecten van deze realiteit. Wat we echter nodig hebben is een reeks van radicaal discursieve benaderingen, gepositioneerd als een integraal onderdeel van de maatschappelijke realiteit, die de idee dat het discursieve belangrijk is als uitgangspunt nemen en consequent doordenken.
Bovendien leidt het onderschatten van het discursieve ook tot het negeren van één van de belangrijkste locaties van machtsontplooiing. Het denken als locatie van macht, hegemonische projecten die dit denken proberen vast te leggen en in te kapselen, illusies van consensus en post-politieke projecten die deze illusie ondersteunen, maar ook het altijd aanwezige verzet, en de beweeglijkheid en contingentie van discours, zijn wezenlijke objecten van analyse en verdwijnen onder de radar als het discursieve niet voldoende aandacht krijgt.
Daarom is de kritische studie van discours ook zo belangrijk; het is een instrument om, zoals Eduard Said het zo mooi uitdrukte, waarheid tegen macht te spreken; een taak die intellectuelen dienen te koesteren.